De werkgroep Oosterhoutse vondstcomplexen determineert de door de Werkgroep Bodem en Archeologie (onderdeel van de Historische Kring Oosterhout met de vollgende leden: Ruud Donders, Hennie Gerrits, John Mulder, Frans Spaan, Jan van der Staaij en Thijs van Woerkom). Deze vondsten zijn vooral gedaan tussen 1979 en 2000.
De werkgroep wordt geleid door de ‘coördinator verwerking oude vondstcomplexen’ Ben Teubner. Van de kant van de Kring zitten in die werkgroep Frans Spaan, Nienke Faber en Rob Woldringh en verder nog de vaste leden Marijke Mesu, Paul Ewals, Aad Hendriks en Rein Looij.

Wat de archeologische vondsten betreft moet je denken aan pijpenkoppen, bronzen kledingspelden, speerpunten, fragmenten van bronzen beeldjes, munten, spinsteentjes, slingerkogels, soms complete potten en urnen, netverzwaarders, benen schrijfstiften, musketkogels, knopen, gespen, een fragment van een romeins gezichtsmasker, sierraadhanger, mammoetresten, wetstenen, slijpstenen, vuurstenen en ijzeren voorwerpen, jeneverkruiken, WO-II munitie en last but not least vele scherven.
Als regelrechte kroonjuwelen kunnen drie bronzen (mantelspeld, haarspeld en lanspunt) genoemd worden, waarbij de eerste, de meer dan 50 cm lange Bombenkopfnadel, er uitspringt. Deze worden t.z.t. geschonken aan een museum.